2.03 Materialenkennis (gebruik het zakje met de stalen en plak ze op desbetreffende vakje)

 

Badpak elastiek (bloot elastiek)

De naam zegt het al, het wordt gebruikt in de badkleding. Het is rubber elastiek wat of zwart of wit is. Het is een elastiek waar zorgvuldig mee moeten worden omgegaan. Stel dat je het koopt in grotere hoeveelheden bewaar het dan in een plastic zak met wat talkpoeder.

Omdat de kans bestaat dat het vergaat (rek eruit) maak ik de keus om dit niet te gebruiken bij maatwerkopdrachten. Nu is de kwaliteit alweer veel beter als 20 jaar terug, maar toch. Ik heb onlangs een badpak voor mijzelf gemaakt, waar ik 2x per week in zwem, dus kan ik nu zelf testen hoelang het goed blijft. Uiteraard spoel of was ik mijn badpak gelijk na het zwemmen. Ik was het badpak met weinig waspoeder en in het wasverzachterbakje doe ik een beetje azijn.

Als ik geen badpakelastiek gebruik, dan neem ik daarvoor in de plaats het ouderwetse directoire elastiek. Dit wordt ook vaak gebruikt bij pyjama’s en vroeger deed men nog het elastiek vervangen in de onderbroeken. Je ziet ook dat het geregeld gebruikt wordt in de kinderbadkleding.

De afwerking luistert wel nauw. Bij de lingerie wordt de afwerking gedaan met picot, in de badkleding wil je dat de rand van het elastiek en de stof er mooi uitziet.

Je kunt het op de volgende manieren afwerken:
-zigzag
-stikkende zigzag (genaaide zigzag)
-coverstitch
-topstitch (5draadscover)
-lock in combinatie met een van de bovengenoemde steken

Welke keus je ook maakt, ze zijn allemaal evengoed. Wil je de confectie evenaren dan gebruik je de lock en coverstitch. Echter is mij dat tot op heden nog niet gelukt. Ik krijg het niet voor elkaar dat mijn coverstitch geen steken overslaat. Ik maak dan zelf gebruik van de zigzag. Of een andere manier van afwerken zoals elastische biaisband of een piping. Er zijn meerdere manieren mogelijk die later uitgelegd worden in het biezenboek.

Het badpak elastiek wordt vaak met een mindere rekpercentage aangezet dan picot.

 

Badpak lycra

Tegenwoordig kun je niet meer voelen en zien of een badpaklycra ook daadwerkelijk een badpaklycra is. Vroeger was de stof voorzien van een coating laagje en voelde je echt verschil met de stoffen van tegenwoordig.
Nu zal je de verkoper van badpakstof echt moeten geloven op zijn of haar mooie blauwe ogen. Je mag aannemen dat het verschil tussen badpaklycra en gewone lycra te maken heeft met kleurvastheid en chloorbestendigheid. Verder is de dikte, gewicht en elasticiteit net zo gevarieerd als bij een gewone lycra.

Zo hoorde ik aantal jaren geleden dat je kon testen of het kleur- en chloor bestendig was, door op een proeflapje Cillit Bang te doen. Ik moet je eerlijk bekennen dat ik dat tot op heden zelf niet heb getest.

Momenteel zijn de badpakstoffen veel in ontwikkeling. Zo worden de veel duurdere sportbadpakken al voorzien van speciale grondstof PBT. PBT staat voor polybutyleen terephthalte. Het doel is dat het nog kleurvaster is. Daarnaast wordt het ook gebruikt in ademende kleding.

Zoals ik al zei je kunt niet meer aan de stof voelen of het een badpaklycra betreft. Wij kopen onze badpakstoffen direct van diverse fabrieken. Het grappige is dat je soms stoffen hebt die bijna katoenachtig aanvoelen, terwijl andere heel glad zijn. Dus het is niet zo dat altijd de stoffen op dezelfde manier vervaardigd zijn, dan wel uit dezelfde grondstoffen bestaan.

Let er natuurlijk op dat ook hier de rek van belang is. Uiteraard afhankelijk van doeleinde. Ik zou geen éénzijdige rek gebruiken bij een sportbadpak, waarmee elke week 2x wordt gezwommen.

Verder is de vraag wat vind je belangrijk aan badpakstof. Zo ken ik genoeg dames en heren die elk jaar nieuwe badkleding willen. Vaak wordt het alleen maar gedragen op vakantie. Stel dat jij zo’n dame bent, dan kan ik mij voorstellen dat het dus minder boeiend is om een hele kleurvaste stof te hebben. Je kan dan ook natuurlijk ook met een “gewone” lycra je badkleding vervaardigen. Badkleding zit over het algemeen wat strakker aan het lichaam ten opzichte van lingerie.

 

Baleinen

Baleinen worden in de lingerie gebruikt in bh en lijfjes.
Er zijn diverse uitvoeringen verkrijgbaar: plastic, stof en ijzer.
Het één is niet beter als het ander. Het is vooral weer bepalend voor welk doel je het gebruikt.

Rigilene
is de zogenaamde stoffenuitvoering welk er uitziet als smal stevig gaas. Hier kun je mits voorzichtig gewoon overheen naaien. Dit is verkrijgbaar in wit en zwart en verschillende breedtes.
Ik gebruik dit bijv. in de bh aan het zijpaneel. Ik schuif de 6mm in een beugelband. Voordat ik het erin schuif werk ik het af met een plakbandje.

Staal
Dit gebruik je bijv in een korset, corselet of bruidskleding. De bovenkant van het staal werk je af met een dopje of tape. Ook dit weer kun je in verschillende diktes verkrijgen net als de dopjes. Het kan ook in een beugelband worden geschoven.
Deze is trouwens verkrijgbaar op maat en op rol.

Kunststof
Deze is verkrijgbaar op maat en op rol. Op maat dan is de bovenkant afgerond. Ook deze schuif je weer in een beugelband en bijv ook te gebruiken aan de zijkant van je bh.

Spiraal
Ook verkrijgbaar op maat en op rol. Deze werk je af met een dopje of je vijlt het netjes glad. Deze worden vaak gebruikt in een korset.

 

Beugelband

Beugelband is een kokertje van stof waarin de beugel wordt geschoven. Beugelband kan ook zonder beugel worden gebruikt. Dan wordt het meestal gebruikt als afwerking of baleinenbandje.

Beugelband loopt bijna altijd op vorm. Dus als je het plat op tafel legt en wrijft erover, dan zie je dat het rond wil vallen. Wanneer je de cup al in de onderrand hebt gezet van de bh, dan zorg je dat de ronding dezelfde kant op valt als de ronding van de cup.

Ook hierbij heb je verschillende soorten beugelband. Het stugge is supersterk, maar lastiger om te verwerken. Je krijgt namelijk de spelden er moeilijker in. De zachte, de zogenaamde vilten look, is veel gemakkelijker te verwerken. Dan heb je ook beugelband wat enigszins elastisch is, maar persoonlijk maakt dat niks uit.
Je let toch meer op kleur dan materiaal waarmee je gaat werken.

 

Bh-schuifjes

De bh-schuifjes en ringen worden gebruikt om je schouderband mee te kunnen afstellen.
De schuifjes moeten net zo breed zijn als je schouderband. Zodra ze groter zijn, zal de schouderband niet op zijn plaats blijven zitten. De ringen mogen wel wat groter of kleiner zijn. Maar meestal worden ze tezamen verkocht. Soms kan je in plaats van 2 schuifjes en 2 ringetjes, ook 4 schuifjes gebruiken.

De setjes zijn er in verschillende uitvoeringen: plastic, ijzer, anti allergisch, gekleurd en transparant.

 

Biaisband (omvouwelastiek)

Voor mij is biaisband een superleuke afwerking die net even anders is als picot. Het geeft vaak een strakkere en stoerdere uitstraling. Ik gebruik zowel de binnenkant als de buitenkant. Buitenkant (goede kant) is vaak glimmend en de binnenkant mat.

Ik gebruik het op dezelfde manier als picot dus dezelfde rekpercentage gaat ervan af (alhoewel ik ook wel eens een biaisband heb gehad wat veel minder rek had waardoor helaas mijn bh veel te strak was geworden). Let wel op dat als je het gebruikt, daar waar normaal picot langs komt, nu geen naadtoeslag aanknipt.

Sommige biaisbandjes hebben een korte en een lange kant. Dan komt de lange kant op de huid, want je stikt altijd door aan de goede kant van de stof. Verder kun je biaisband ook tussen twee naden uitstikken, dan je krijg een paspelband idee. Ik gebruik het ook om een paddingcup aan de binnenkant mee af te werken. Let wel op dat je dan de steeklengte wat groter doet. Zie uitleg padding.

De steken die je hierbij kunt gebruiken zijn
-zigzag
-flauwe zigzag
-tweelingnaald (let wel op dat deze minder rekt)
-coverstitch

 

Bodysluiting

Deze heb je in 2 uitvoeringen namelijk haakjes en drukkers. Welke je gebruikt is afhankelijk van welke kleur er aanwezig is of welke voorkeur je zelf hebt.

Let er wel op dat je deze nooit smaller maakt. Want je hebt nu eenmaal de breedte nodig voor je kruis. Wat ik ook wel eens doe, zeker als je wat ouder wordt, de sluiting verder naar voren plaats.

Meestal zie je dat de sluiting waar de stof komt een opening heeft. De bovenkant en onderkant van de opening zijn dan ‘gelast’. Het komt wel eens voor dat de opening niet ‘gelast’ is en dat je dan het zelf moet omvouwen.

 

Charmeuse

Charmeuse is een ander steunmateriaal. Het grootste verschil met tule is dat het niet transparant is.
Het lijkt op de ouderwetse onderjurkenstof. Het heeft meestal een wat glanzend uiterlijk. Het is niet zo dat het een beter is als het ander. Het is vooral wat wil je bereiken qua beeld, wat wilt de klant en wat is er voorradig.

Ook hierbij kom je tegen dat het verschillende rekkanten kan hebben. Dus altijd test welke richting de meeste rek heeft.

Er bestaat ook de zogenaamde plakcharmeuse, echter ben ik daar geen voorstander van. Zeker niet bij de grotere maten. Door het gewicht van de borsten, bestaat er grote kans dat het materiaal zogenaamd gaat sleeën. En dat zou toch enorm zonde zijn van al je werk en de klant zal het ook niet echt waarderen.

Verder een toevoeging voor het steunmateriaal bij kleine borsten. Je kunt je voorstellen dat kleine borsten minder gewicht hebben. De ruimte die de stof nodig heeft om het gewicht op te vangen is bij kleine borsten minder nodig. Je zult dan later ook leren dat bij kleine borsten er geen overruimte zit. Daarnaast kan je ook kiezen om geen steunmateriaal te gebruiken in de bovencup. Maar dat alles is kwestie van keuze, smaak en wensen.

 

Cups voorgevormd

Je kunt kant en klare voorgevormde cups aanschaffen. De maatvoering is een afgeleiden van een B cup. (standaard in de confectie) Heb jij een c cup bijv C75 dan raden wij je aan een maat 85 aan. Altijd 2 maten groter.
Als het goed is hebben wij de ronding waar de beugel moet komen te zitten vermeld bij de desbetreffende cups. Zodat je deze kunt vergelijken meet je eigen beugellengte.

Zoals ze in de fabriek gemaakt worden kunnen wij met moeite nabootsen. De lycra wordt namelijk in de fabriek door verhitting bol gemaakt waardoor deze dus glad over de cup verwerkt kan worden. Wil niet zeggen dat het niet kan, maar het vergt geduld en veel oefening. Je maakt liefst gebruik van soepele lycra. Deze kan je uiteraard wat gemakkelijker over de cup heen verwerken. Zorg er voor dat het dessin niet uitgerekt wordt.
Mocht je het niet glad genoeg krijgen, dan zal er vermoedelijk ruimte overblijven. Die ruimte kun je door middel van plooien dan wel rimpels verwerken. Let er wel op dat je dat niet doet op dikte gedeelte van de cup, want dat zie je door je t-shirt heen. Dus altijd aan de onderkant van de cup.
Je kunt de kant en klare cup natuurlijk zelf verknippen. Dus bijv het stukje waar het schouderband aan zou kunnen komen, weg knippen. Of eventueel verlagen. Er zijn dames die er een coupenaad inknippen en dit weer aan elkaar zigzagen. Kortom er zijn filmpjes te vinden op het internet waarbij men hun kennis en ervaring delen.

ik ben geen voorstander van voorgevormde kant en klare cups, omdat we ons allemaal in dezelfde vorm stoppen. Terwijl mijn  en jouw borsten uniek zijn. Daarnaast als je goede bh aan hebt, zal je vaak zien dat een bh zonder vulling meer voor je figuur doet dan die voorgevormde dingen.

En ook vanwege het feit dat ik het preutsheid ten top vind. Het zou namelijk kunnen zijn dat de buurman mijn tepels zou kunnen zien. Tja zeg ik dan.

 

Jongentjes en meisjeselastiek

Dit is hetzelfde als picot maar dan zonder het schulpje. Je ziet vaak dat het aan de buitenkant wordt verwerkt en dan met een coverstitch. Ook hier is weer bij waarvoor wil je het gebruiken, welk doel, welke uitstraling of wat wilt de klant. Het heeft meestal een zachte kant welke dan op de huid wordt gedragen en een wat mindere zachte kant.

Als je een covermachine hebt is dit de mooiste steek om het af te werken, of eventueel met een tweeling naald. Zigzag of stikkende zigzag kan uiteraard ook.

Een aantal jaren geleden zag je vaak dat dit elastiek bij kinderondergoed werd gebruikt.
We hebben verschillende soorten uitvoeringen van jongetjes-meisjeselastiek. Ook hier weer de een kan minder rekken als de ander. Sommige zijn mat en sommige hebben een glans.

 

Kant

Kant wat wordt gebruikt voor de lingerie is over het algemeen wat fijner dan het kant wat wordt gebruikt voor kleding en het is vaak ook wat lichter in gewicht. Het vervaardigen van kant is een eeuwenoude techniek. Zo heeft elk land, district zijn eigen soort kant.

Zo kom je nu vaak tegen:
Chinees kant is vaak hard en stug
Duits kant is vaak voorzien van een borduurlaag
Frans kant is verfijnd, fragieler

In de lingerie gebruiken we de volgende soorten kant:
-elastisch kant,
-niet-elastisch kant
-links en rechts kant
-kant aan de meter

Dit onderscheid is vooral belangrijk voor je patronen, dan wel stoflegging.

Alle bovengenoemde kanten met uitzondering van kant op de meter, hebben een zogenaamde zelfkant . De zelfkant is de rand waar de schulpjes zitten. Sommige kanten hebben aan beide zijde een zelfkant (strokenkant) en bij Links en Rechts kant zal je dat nooit zien.

Verder is een belangrijk punt van stoflegging bij kant, dat je symmetrisch werkt. Dus op beide borsten op dezelfde plaats, dezelfde bloem. Om die reden knip je kant dan ook nooit dubbel uit, maar altijd enkel.

Stel dat je aan één kant de zelfkant hebt, dan is het vaak lastig om een kopie te vinden. Dit hangt vooral af van het patroon. Vaak zie je juist bij een bloempatroon dat het lastig is, dan wel onmogelijk om een exacte kopie te vinden. Je let dan op dat zoveel mogelijk overeenkomt.

Heb je aan twee kanten een zelfkant dan vind je de kopie altijd aan de tegenovergestelde zelfkant.
Heb je links en rechts kant, dan is altijd op het andere deel de kopie kant.

 

Kruisjeskatoen

De naam zegt het al, kruisjeskatoen wordt gebruikt in het kruis van slips.
Echter als je naar de stoffenwinkel gaat en vraagt om kruisjeskatoen, zullen ze je vermoedelijk heel vragend aanstaren.

Kruisjeskatoen is natuurlijk niet een heel spannend iets, maar je kunt je wel voorstellen dat het een belangrijk onderdeel is.  Het heeft tenslotte een functie namelijk hygiëne en absorptie. En de functie is voor de één  noodzakelijker dan voor een andere klant. De klant zal er zelf meestal wel mee komen als het voor haar een issue is.

Wij hebben in onze webwinkel verschillende soorten kwaliteit. Jersey, tricot acetaat, tricot katoen en 100% katoen. Inmiddels hebben we een leverancier gevonden die vele kleuren heeft en waarvan het materiaal alleen maar 100% katoen is. Dit is natuurlijk veel fijner. Het draagt prettiger, is wat dikker en is 100% natuurlijk.
Ik heb meegemaakt en je hoort het wel vaker dat er mannen en vrouwen zijn die allergisch zijn voor elastan. Juist voor deze mensen is het dan fijn als je 100% katoen kunt gebruiken in je slip. Uiteraard hebben ze het zo geweven dat het elastisch is.

Kruisjeskatoen, zei ik al eerder, is fijn als je dat in een vergelijkbare kleur hebt als je lycra. Het is geen must, maar het staat wel fraaier en professioneler.

Meestal heeft het kruisjeskatoen een hoogte van variërend van 12 tot 16cm. Dit is persoonsgebonden en kun je gemakkelijk in je patroon aanpassen. Soms komt het voor door de vorm van je billen en bekkenstand, dat je de naad van voor-achterpand verplaatst omdat het dan mooier oogt aan de achterkant. Maar bijv ook aan de voorkant, net even wat hoger mag. Daarnaast maak je het kruisje ook hoger als iemand inlegkruisjes draagt. Kun je gewoon naar vragen. Want het is fijner, comfortabeler en steviger als het inlegkruisje alleen op het katoentje plakt.

De rekrichting van het kruisje doe ik zelf als ik genoeg stof heb, in de hoogte. Tenslotte buig je regelmatig. Dus voor mij is het dan logisch dat de rekrichting in de hoogte zit. Ik heb ook gehoord van andere dat ze het in de breedte doen, echter zie ik daar niet de logica van in.

Maar eerlijk gezegd heb ik nooit ervaren dat ik het gevoel heb, dat het kruisje rek heeft. Wat ik wel doe is het kruisje er wat ruimer inzet in de hoogte, zodat als de slip meegaat in de droger, dat de eventuele ontstane krimp niet gelijk mijn hele kruis verfrommeld.

 

Lingerie elastiek (aansluitelastiek)

Dit wordt gebruikt om de bovenkant van de kanten cup te laten aansluiten. De tule onderlaag wordt hier gelijk mee vast gezet. Lingerie elastiek is gekleurd en transparant te verkrijgen. Het éen is niet beter als het ander. Het is maar wat je zelf mooi en handig vindt. Je kunt ook evt picot gebruiken, dat wordt veelal gedaan bij zwaardere boezem.

Bij het transparante elastiek moet je goed opletten dat de je met zigzagsteek het elastiek wel vlak laat liggen en niet dat het omvouwt. Je wilt namelijk dat het rustig oogt zowel in de hand als wanneer je het aanhebt. Is je steeklengte te dicht op elkaar dan zie je vaak gebeuren dat het dubbel vouwt of een richel wordt. Nadeel van transparant kan zijn dat het wel eens gelig kan verkleuren. Wat er dan zo gebruikt uit gaat zien.

Het gekleurde lingerie elastiek is nog smaller dan het transparante. Hier moet je goed opletten dat je steek niet buiten het elastiek komt en dat de tule ook echt vast komt te zitten. Persoonlijk vind ik dit zelf een mooiere uitstraling hebben dan de transparante. Maar ook dat is weer smaak en eigenlijk zie je het niet aan de buitenkant van de bh.  Bij een grote maat borst, de zogenaamde zware boezem, wil ik in plaats van lingerie elastiek, picot gebruiken. Dit omdat het net even wat meer stevigheid biedt en daarnaast snijdt het dan niet (richel)

Normaal doe ik standaard lingerie elastiek min 10% aanzetten, maar bij een volle boezem, en meestal weet de klant dat echt wel te benoemen, dan doe ik het glad aanzetten. Of zoals ik vandaag hoorde – 5%. Maar dit weet je pas zeker zodra je je eerste bh zelf hebt vervaardigd.

 

Lycra

Lingerie bestaat hoofdzakelijk uit lycra. We noemen het in de volksmond lycra, terwijl het eigenlijk een merknaam is voor de elastische draad erin.
Lycra is dus elastisch, maar er zijn ook lycra’s waar geen rek in zit. Kortom hierin heb je verschillende kwaliteiten en soorten. Dus geen rek, éénzijdige, twee en vierzijdige rek. Ook hierin weer, het een is niet beter als het ander. Welke keuze je maakt is afhankelijk van je doel en wat je klant wilt.

Bij het stofleggen van je patroondelen op lycra, houdt er dan rekening mee dat je alles dezelfde richting oplegt en niet tegen elkaar inlegt. Glij maar zacht heen en weer over de stof heen, van boven naar beneden. Dan voel je vermoedelijk dat je of met de haartjes meestrijkt of tegenin. Zeker bij de lycra die een glans heeft, voel je het grootste verschil. Het werkt hetzelfde als bij fluweel. Als je het namelijk tegen elkaar inlegt kun je dus kleurverschil krijgen.

Verder let ik altijd op of de stofvouw niet verkleurd is. Onze stoffen liggen natuurlijk net als bij anderen de hele dag onder de lampen. En die lampen zorgen ervoor dat de stofvouw kan verkleuren. Daar is niks aan te doen. Dus wees er vooral bedacht dat het verkleurd kan zijn.

De zachte kant is de binnenkant. Als je goed kijkt zie je aan de buitenkant streepjes lopen. Natuurlijk kan het zijn dat jij de binnenkant mooier vindt. Let er dan wel op dat je altijd dan de binnenkant gebruikt als buitenkant.

In onze webwinkel hanteren wij de volgende kwaliteit aanduiding: soepel, standaard, stevig en evt extra stevig. Het zal voor zichzelf spreken dat de soepele stof meer rek heeft dan de extra stevige.
Het is niet zo dat je de soepele stof gelijk moet afschieten als zijnde ‘flubberstof’. Sommige soepele stoffen hebben een compacte samenstelling waardoor ze toch stevig zijn. Daarnaast kun je spelen met patroonaanpassingen waardoor je toch de soepele stof kunt gebruiken bijv het achterpand. Maar ook hier komen we weer op terug.

 

Padding

Padding wordt gebruikt als vulling voor een bh. Van padding wordt in de fabriek voorgevormde cups gemaakt. Wij hebben zelf niet de mallen om onder hoge druk en stoom deze op vorm te zetten. Als wij dit zelf verwerken zullen wij altijd een naad hebben in de bh.

Padding kun je ook voor andere doeleinden gebruiken bijv. onder een schouderband bij grotere maten. Je maakt dan een schouderband op vorm en de klant zal minder druk en snijden ervaren.

Naast dat je zelf een voorgevormde cup kunt maken van padding, heb ik ook ooit wel eens een body gemaakt waarbij ik de padding had doorgestikt, wat een leuk effect gaf. Zo zie je, dat je soms met materialen meer kunt doen dan alleen basis.

Kant en klare padding heb je in diverse diktes en uitvoeringen. Dit is afhankelijk van de uitvoering. Mijn voorkeur gaat uit naar een schuimlaagje wat aan de ene kant bedekt is met katoenlaagje en de andere kant charmeuse.  Zo heb je ook padding die aan beide zijden een charmeuse laagje heeft. Het is allemaal goed. Soms moet je het doen met wat voorradig is aan kleuren.

Daarnaast is er ook een padding met zogenaamde staafjes. Ik ben zelf er absoluut geen voorstander van. Het is super-elastisch, biedt geen stevigheid en als je het niet goed afwerkt, jeukt en schuurt het enorm.  Maar ook dat is een persoonlijke keuze, al zal je deze dus niet vinden in mijn webshop.

Praktisch: Ik dun de padding uit waar het niet wenselijk is om een dik randje te krijgen. Ik geef bijv. eerst met een grote steek aan waar de naadwaarde begint en pulk dan het schuim er tussenuit. Bijv. bij oksel en de ronding van de gehele cup, waarbij de cup in het frame wordt genaaid.

In een grijs verleden heb ik meerdere lagen padding op elkaar geprobeerd te verwerken. Soms lukt dat bijv. bij een borstsparende operatie om het verschil op te vullen, maar in de regel is het niet raadzaam om padding op elkaar te verwerken.

De deelnaad van padding (ondercup/bovencup) wordt stotend tegen elkaar genaaid met een grotere zigzag of genaaide zigzag (stikkende zigzag). Ik kan jou niet vertellen met welke steeklengte en breedte dit gedaan worden. Dat zul je in geen enkele beschrijving terugvinden, omdat ik niet weet met welke machine jij werkt en het is natuurlijk ook afhankelijk van de dikte van de stof dan wel padding.

De afwerking aan de binnenkant van je padding cup, kan worden gedaan met elastisch biaisband (omvouwband) of een biesje van tule. Let er wel op bij tule dat de geknipte (gesneden) randen nergens uitsteken i.v.m. prikken dan wel jeuk veroorzaken. Op het moment als je het bevestigt let er wel op dat je het met een grotere stiksteek doet, zodat het stiksel op de afwerking komt te liggen en niet een deukje, dan wel richel veroorzaakt. Controleer ook buitenkant van je cup.

Het komt wel eens voor dat het stiksel van je afwerking doorschijnt in je buitenlaag (lycra). Dit kun je soms oplossen door een grotere steeklengte te gebruiken of soluvlies aan de buitenkant van je cup meestikken (verwijder je later) of soms gewoon helaas pindakaas. Dan moet je ervoor zorgen dat je binnenkant er gewoon heel mooi genaaid uitziet. Ik heb t ook wel eens gezien dat het werd afgewerkt met een deksteek (5-draads) van de covermachine. Ikzelf heb dit nog nooit geprobeerd.

Stel dat je geen padding vindt in jouw kleur of materiaalkeuze. Dan bestaat de mogelijkheid om het zelf te vervaardigen. Ik heb hele dunne schuim in de webwinkel. Dit schuim knip ik dan wat groter uit dan het patroon. Zo ook de vliesofix.  Dit is een aan beide kanten plakkende vlieseline. Je beplakt de binnenkant van je toekomstige voorgevormde cup met vliesofix. Let erop dat zodra je gaat plakken, je zowel je strijkbout als je plakpers of strijkplank beschermd. Ik doe dat door middel van vel patroonpapier. Let wel op dat je geen stoomstrijkijzer met gaatjes gebruikt. Na het plakken laat ik de onderdelen een nachtje afkoelen. Pas de volgende dag knip ik de patroondelen uit.

 

Picot

Picot gebruik je om alle lingerie te laten aansluiten, zodat het om je lijf blijft zitten. Picot wordt uitgerekt aangezet. Het rekpercentage varieert van 10 tot 20%. Picot zorgt er tevens voor dat het mooi afgewerkt is.

Picot is dus een elastiek met aan de bovenkant een sierrandje. Je hebt verschillende soorten randjes, bloemetjes, blokjes, golfjes en tandjes. Het heeft een zachte kant en een ‘harde’ kant. De zachte kant wordt uiteraard op de huid gedragen. De sierrandjes zijn als het project klaar is, zichtbaar. De naadwaarde van je patroon is afhankelijk van de breedte van je picot zonder het bovenste sierrandje. Ook hier is weer dat je picot in verschillende breedtes en rekpercentages hebt.

Verder is de breedte die je gebruikt, afhankelijk van de kleur die voorradig is. Maar je kunt je voorstellen dat je geen 2cm gebruikt bij iemand die een maatje AA heeft, of 8mm bij een maatje F. 12mm is de meest gangbare maat voor zowel grote als kleine maat boezems.

Je stikt het met een zigzag aan en doorstikken kan met een zigzag of stikkende zigzag. Picot komt daar waar je wilt dat het moet aansluiten. Onderrand, bovenkant achterpand, oksel en evt zelfkant lijn. Bovenkant van de slip en uiteraard de been uitsnijding. Soms stik ik het ergens tussenuit om het als sierrandje te gebruiken.

 

Schouderband

Heeft de functie om eigenlijk de cup en oksel op zijn plaatst te houden. Wat je ook hierbij vaak hoort is dat het bepalend zou zijn voor de pasvorm. Nee dus want pasvorm wordt dus bepaald door het frame. Maar je kunt je wel voorstellen dat het afhangt van het gewicht van de borsten.

Heb je zware borsten (meestal grotere maat), dan wil je wel dat het schouderband niet te veel door rekt. En daarnaast ook weer een visueel aspect.  Je gaat iemand met maatje A geen 2cm breed schouderband geven en iemand met een maat E geen 10mm.

Verder heb je ook te maken met wat men gewend is. Stel dat iemand al zijn hele leven een bepaalde maat/merk draagt, waarbij er standaard dan 15mm schouderband wordt gebruikt. Nu blijkt bij een maatwerk bh, dat ook een schouderband van 12mm zou kunnen. Nu denk je wat maakt die 3mm nou uit. Voor die mevrouw vermoedelijk heel veel. Het lijf en gewenning spelen natuurlijk ook een rol.

Wat je ook ziet is dat er vaak hele deuken op de schouders zitten bij dames met een grote maat. Ook dat is inmiddels een plek geworden wat “geheugen” heeft. Oftewel de mevrouw zal altijd willen dat haar schouderband op die plaats moet komen.

De meest gehoorde klacht van een bh is dat de bh-bandjes afzakken.  En dat is de meest eenvoudige aanpassing in het patroon. Dat wordt verder in de cursus uitgelegd.

 

Sluiting

De sluiting is het één na laatste onderdeel bij het bh vervaardigen. Maar ook al is het een sluiting, het is wel een cruciaal punt met name naai-technisch. Je achterpand moet precies, maar dan ook echt precies passen. Het zal je dan ook vast niet verbazen, dat het vaak net mis gaat. Maar oefening baart kunst. En evt plakken met wondertape of lijmstift wil wel erg helpen.

Verder hoor je vaak dat men denkt dat de sluiting zorgt voor de stevigheid en de pasvorm van de bh. Ik zal dit gelijk ontkrachten, want dat is echt niet waar. De breedte van de sluiting wordt vooral bepaald door een optisch beeld. Je kunt je voorstellen dat je geen sluiting van 5cm hoogte doet bij een mevrouw met een maatje A, en omgekeerd natuurlijk ook. Je doet geen sluiting van 2cm hoogte bij een mevrouw met een maatje meer.

De steun en het gevoel wat aan te hebben zit in het gehele frame (onderrand). De onderrand bepaalt of een bh goed en lekker zit. De sluiting krijgt meestal de kleur van de schouderband. Dat maakt dat het een geheel wordt.

Let erop dat je de sluiting goed aanzet.
De bh ligt zo, dat de buitenkant van de borsten op tafel ligt, en de achterpand vouw je dicht, net zoals je hem aan hebt. Dan is het linker (L) achterpand de lange (L) kant van de sluiting en de korte kant is dan rechts. Let wel op dat de haakjes van de rechterkant niet zichtbaar zijn!

 

(Stevig) binnenwerk

Stevig binnenwerk
Dit materiaal heb ik ooit aangeschaft in Italië omdat we geen materiaal vonden wat genoeg stevigheid gaf aan grotere maten. Tule en charmeuse gaven net niet genoeg stevigheid. Dit werkt wel. Het heeft ondanks dat het nagenoeg geen rek heeft, toch wel wat beweging, wat het draagcomfort vergroot.

Powernet/ Powermesh
Wat je ook vaak terug ziet komen online is zogenaamde powernet. Ook dat is een verzamelnaam. Dat heb je namelijk in zoveel variaties aan elasticiteit en gewicht/transparantie.
Wij verkopen ook powermesh, het is stevig zonder dat het een harnas is (denk maar aan de ouderwetse huidkleurige corseletten). Het materiaal wat wij hebben, kun je ook als buitenstof gebruiken.

Simplex/ Duoplex
Het verschil tussen de 2 benamingen weet ik niet. Het lijkt erop dat ze beide door elkaar gebruikt worden. Het is lastig om te verkrijgen in Nederland. Wij hebben een aantal kleuren online waar ik heel blij mee ben.

Het is een stof waar totaal geen rek in zit. Dus heel erg geschikt voor de zwaardere boezem. Je moet wel rekening houden dat als je overstapt van het ene materiaal bijv tule, dat je misschien wel je patroon zou moeten aanpassen. Het kan namelijk dat de bh te weinig ruimte heeft. Maar daar kom ik later op terug.

 

Tailleband

Dit wordt gebruikt bij slips en boxer zowel voor dames, heren en kinderen. Het vraagt om ander soort afwerking dan picot elastiek. Dit wordt later in de cursus behandeld. Het is vooral smaak waarom je kiest voor een elastiek en ook wel gevoel.

Je hebt uiteraard heel veel verschillende breedtes, kleuren, veel stretch, weinig stretch, zacht en harder. Uiteraard heeft eenieder zijn eigen wensen.

 

Tule

Een bh bestaat bijna altijd uit 2 lagen een binnenwerk en een buitenlaag. Een binnenwerk kan onder andere bestaan uit een tule laag. De tule is zacht, soepel en transparant. De gaatjes zien eruit als een honingraat. Deze tule is natuurlijk niet te vergelijken met tule die je bijv. gebruikt in kleding.

Tule is verkrijgbaar in éénzijdige rek, tweezijdige rek of geen rek. Ik gebruik zelf geen rekbaar tule als steunmateriaal voor de bh.

Tule gebruik je als zijnde binnenwerk, maar ook vanwege het oog. Er zijn meerdere opties, die later ook worden benoemd als zijne binnenwerk. Maar als je graag wilt dat je bh een transparante look heeft, gebruik je tule.

Wat ik vaak zie gebeuren is dat men automatisch een tule neemt die dezelfde kleur heeft als het kant. Echter wil ik je leren dat dit zeker niet altijd de mooiste keuze is. Dit is nog afhankelijk van iemand zijn huidskleur. De ene dame heeft een roze ondertoon, terwijl de andere dame een gelige huid heeft.

Verder gebruik ik tule ook bijv. in een slip waarbij ik pandjes in kant heb uitgevoerd. Dat doe ik om 2 redenen. Reden 1 om mijn kant meer bescherming te bieden, dus bij het aantrekken, dat je niet met je nagels door het kant gaat. En reden 2 is vanwege mooie afwerking. De naden werk ik dan eigenlijk op dezelfde manier af als bij het kruisje (de naden zitten dan verwerkt tussen het kant en de tule).

Wist je dat ook tule een binnenkant en een buitenkant heeft. De ene kant is zachter dan de andere kant. Geldt trouwens niet voor alle tule. Het lijkt mij logisch dat je de zachte kant op je huid doet. Merk je geen verschil als je er met je handen over wrijft, doe dan het met je bovenlip.